Sobere Prinsjesdag voor het onderwijs

kronkel-2

18 september 2025

Het primair onderwijs snakt naar een kabinet met een toekomstgerichte visie op het onderwijs. Zeker nu ook uit de beleidsarme begroting voor komend jaar blijkt dat de meeste eerder aangekondigde versoberingen voor de sector blijven staan.

Bezuiniging op onderwijskansenregeling (VO) van tafel

Het gaat voor 2026 om een ruim 180 miljoen euro die wordt ingezet om leerlingen in een achterstandspositie extra ondersteuning te geven in het voortgezet onderwijs.

Verder wordt het vorig jaar bevochten lage btw-tarief op schoolboeken en lesmateriaal bevestigd in deze onderwijsbegroting.

Solide fundament onderwijs voor sterke samenleving

Alle reden dus om uit te zien naar een nieuwe coalitie, hoewel er ook voor de lopende campagne nog wel wat te wensen overblijft. “De meeste mensen snappen dat defensie en stikstof leidende thema’s zijn in de huidige programma’s. Toch blijft de PO-raad erop hameren dat je geen samenleving kunt bouwen zonder het solide fundament dat we via het onderwijs bieden.”

Meerjarig deltaplan nodig

De PO-Raad lobbyt de komende jaren voor een meerjarig ‘deltaplan’ waarin overheid en onderwijs samen aan de slag gaan voor een duurzaam gezonde sector. “Dat betekent dat er stevig moet worden geïnvesteerd in zaken als zij-instroom, ondersteunend personeel, onderwijskwaliteit en in onze gebouwen: kabinet na kabinet geeft jaarlijks veel te weinig geld voor de vervanging of vernieuwing van de gebouwen waarin wij werken met de leerlingen van alle Nederlanders.”

Dat is volgens de Raad van State ook noodzakelijk. Die waarschuwt dat de onderwijskwaliteit en het toekomstig verdienmodel onder druk komen te staan als investeringen uitblijven. De beleidsambities blijven hoog, terwijl de middelen beperkt zijn en de personeelstekorten aanhouden.

Verder gaat de PO-Raad de komende tijd aan de slag met een visie voor later selecteren. Weima: “Het gedoe met de doorstroomtoets toont namelijk aan dat scholieren doorverwijzen op hun elfde of twaalfde jaar niet houdbaar is.”

Dat het ministerie in de begroting voor komend jaar een koerswijziging overweegt op de doorstroomtoets, kan volgens Weima een mooie eerste stap zijn. Het departement zou de ‘inrichting, functie en vorm van de doorstroomtoets herzien’, zo staat er te lezen.